Van de week stond ik in de gang van het crematorium om de gasten te helpen met hun jas en ze goede reis te wensen. De sfeer was ontspannen, mensen stonden geanimeerd te praten. Ik stond er met een medewerker van het crematorium en plotseling vroeg hij “Wie is Wie”? Hij kon er geen kaas van maken en dat klopte ook.
Deze meneer had geen gezin, maar had allerlei mensen om zich heen verzameld waar hij een vaderrol voor vervulde. In de koffiekamer stonden mensen van allerlei pluimage; keurig in pak, maar ook mensen onder de tatoeages en alles ertussen in. Grappig genoeg was er nog wel enige cohesie, mensen stonden niet eenzaam alleen met een drankje. Blijkbaar was ‘het houden van deze meneer’ genoeg.
Het is altijd leuk om een beetje naar mensen te kijken. Niet voluit natuurlijk, en heel respectvol, maar je kan vaak zoveel lezen vanaf buitenaf. Wie is de leider, wie is degene die altijd de underdog is. Wie wordt ok bevonden in een groep en wie niet.
Soms is een groep heel homogeen, vaak bij bourgondische gezinnen waar eten en drinken de grote verbinder is. Gezelligheid maakt dan ook dat mensen er niet alleen bij staan.
Soms is het los zand, mensen die altijd solo werden uitgenodigd en elkaar nog nooit gezien hebben, het voelt soms zo ongemakkelijk dat we er zelf tussen gaan staan om met mensen een praatje te gaan maken.
Gewoon een uurtje in de gang leverde ineens een heel leuk gesprek op!